De Dokkumer
stichting Historia Doccumensis werkt aan een publicatie over bouwstijlen en
bouwhistorie in de Dokkumer binnenstad. Vaak is al veel bekend over de panden
en de bewoners, maar bestaat er onduidelijkheid over het exacte bouwjaar. Soms
geven gevelankers of gevelstenen de precieze bouw- of verbouwdata, maar waar
deze aanwijzingen ontbreken, is niet bekend hoe oud een gebouw precies is.
Daarom heeft de stichting bij de provincie Fryslân een subsidie aangevraagd en
gekregen om daadwerkelijk bouwhistorisch onderzoek te verrichten naar de
ouderdom van de oudste panden in de Dokkumer binnenstad.
Dendrochronologisch jaarringenonderzoek
Bij plunderingen in 1572 door Waalse huurlingen (de Waalse Furie) onder leiding van de Spaanse Caspar de Robles, werd een groot deel van de Dokkumer binnenstad verwoest. Sommige stenen huizen zijn toen echter behouden gebleven en dus al gebouwd in de zestiende eeuw of zelfs daarvoor, al is dat aan de buitenkant vaak niet (meer) te zien. Veel panden zijn later van een nieuwe gevel voorzien, maar een oudere achterbouw of een kapconstructie kan zijn geheimen nog prijsgeven! Via een nieuwe methode kan door jaarringenonderzoek de precieze bouwdatum van een gebouw worden achterhaald. Door deze zogenaamde dendrochronologie kan van ouder eiken- en grenenhout de vel-datum van de bomen worden achterhaald. Bekend is dat het hout vervolgens binnen 2 tot 5 jaar gebruikt werd bij de bouw van panden. Voor de datering is het nodig een aantal boormonsters uit de oudere houten balken of kapconstructie te halen.
Bij plunderingen in 1572 door Waalse huurlingen (de Waalse Furie) onder leiding van de Spaanse Caspar de Robles, werd een groot deel van de Dokkumer binnenstad verwoest. Sommige stenen huizen zijn toen echter behouden gebleven en dus al gebouwd in de zestiende eeuw of zelfs daarvoor, al is dat aan de buitenkant vaak niet (meer) te zien. Veel panden zijn later van een nieuwe gevel voorzien, maar een oudere achterbouw of een kapconstructie kan zijn geheimen nog prijsgeven! Via een nieuwe methode kan door jaarringenonderzoek de precieze bouwdatum van een gebouw worden achterhaald. Door deze zogenaamde dendrochronologie kan van ouder eiken- en grenenhout de vel-datum van de bomen worden achterhaald. Bekend is dat het hout vervolgens binnen 2 tot 5 jaar gebruikt werd bij de bouw van panden. Voor de datering is het nodig een aantal boormonsters uit de oudere houten balken of kapconstructie te halen.
Onlangs hebben
de bestuursleden van de stichting instructies gehad van de heer Albert Reinsma
van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed in Amersfoort over hoe zij de
boringen moeten verrichten. Daarvoor wordt in oude balken vanaf de schors- of
splintkant met een holle boor een jaarringenmonster tot aan de kern van de balk
geboord. Deze boringen zijn niet schadelijk voor de sterkte van het hout en
worden met houtpluggen weer netjes onzichtbaar gemaakt. De boormonsters worden
in een laboratorium in Duitsland geanalyseerd en indien mogelijk gedateerd.
Bouwstijlen in Dokkum
De stichting Historia Doccumensis, die zich bezig houdt met het uitgeven van publicaties over de geschiedenis van de stad Dokkum en omgeving is al enige jaren bezig met het voorbereiden van een publicatie over bouwstijlen en bouwgeschiedenis in de oude binnenstad. Hiervoor heeft het bestuur bouwkundige Siebe van Seijen als auteur benaderd. Van Seijen is werkzaam bij Adema Architecten en vaak betrokken bij restauraties en historische bouwprojecten. Hij heeft verschillende bouwstijlen in Dokkum beschreven aan de hand van panden die uit zo’n periode in de binnenstad te vinden zijn. Uit archiefonderzoek en bestudering van de buitenkant van de oudere gebouwen is nu een vijftiental van de oudste panden van Dokkum geselecteerd voor nader bouwhistorisch onderzoek.
De stichting Historia Doccumensis, die zich bezig houdt met het uitgeven van publicaties over de geschiedenis van de stad Dokkum en omgeving is al enige jaren bezig met het voorbereiden van een publicatie over bouwstijlen en bouwgeschiedenis in de oude binnenstad. Hiervoor heeft het bestuur bouwkundige Siebe van Seijen als auteur benaderd. Van Seijen is werkzaam bij Adema Architecten en vaak betrokken bij restauraties en historische bouwprojecten. Hij heeft verschillende bouwstijlen in Dokkum beschreven aan de hand van panden die uit zo’n periode in de binnenstad te vinden zijn. Uit archiefonderzoek en bestudering van de buitenkant van de oudere gebouwen is nu een vijftiental van de oudste panden van Dokkum geselecteerd voor nader bouwhistorisch onderzoek.
In de kerstvakantieperiode
wordt geprobeerd om de exacte bouwdatum te achterhalen, door in oude balken of
kappen een aantal boringen uit te voeren. De kosten van het dendrochronologisch
dateringsonderzoek liggen rond de € 220,- per pand. De stichting Historia Doccumensis heeft zoals gezegd een
subsidie ontvangen van de provincie Fryslân en hoopt de rest bij elkaar te
krijgen via (vrijwillige) bijdragen van de huiseigenaren, de steun van de
gemeente Dongeradeel en uiteindelijk uit de verkoop van het boekwerkje, dat
medio 2013 verschijnt in de reeks ‘Dockumer Granaetsjes’ van de stichting. Bouwbedrijf
Van der Werff uit Dokkum heeft een boormachine beschikbaar gesteld voor het
onderzoek. Met de huiseigenaren is inmiddels contact opgenomen; zij ontvangen
voor hun bijdrage en alle drukte een rapport van het jaarringenonderzoek en een
exemplaar van het nieuwe boekwerk over bouwstijlen in Dokkum.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten