Het is de laatste jaren mode om van een jaar een themajaar te maken. Zo is 2009 uitgeroepen tot o.a. Darwinjaar en Hudsonjaar.
Darwin wordt herdacht omdat het 200 jaar geleden is dat hij geboren werd. En Hudson omdat hij 400 jaar geleden Manhattan ontdekte voor de Nederlanders.
Darwin werd natuurlijk beroemd door zijn evolutie-theorie, verwoord in zijn meesterwerk 'On the origin of species'. Hierin werd het principe van 'survival of the fittest' uitgelegd en speelden vooral de ervaringen die Darwin op de Galapagos-eilanden had opgedaan een grote rol. Hij was hier met zijn schip, de Beagle, vanuit Engeland naar toe gevaren.
In 2009 wordt in Nederland aandacht besteed aan Darwin via diverse lezingen, o.a. in Tresoar door de schrijver van het boek Darwins hofvijver, Tijs Goldschmidt met de Darwinlezing “Een onovertroffen idee”.
De VPRO pakt het groots aan door de reis van Darwin te gaan naspelen met een zeilschip: het Beagle-project van Lex Runderkamp. Oorspronkelijk hadden ze daarvoor de driemaster Oosterschelde gecharterd met televisieman Midas Dekkers als presentator. Nadat Dekkers na een conflict zijn medewerking stopzette werd begin januari ook plotsklaps de Oosterschelde aan de kant gezet en vervangen door het, waarschijnlijk commercieel aantrekkelijkere, schip clipper Stad Amsterdam. Een stuk minder authentiek maar wel sneller. En dat schijnt ook van belang te zijn bij de productie.
Wat betreft Hudson is er een initiatief om vele authentieke Nederlandse schepen de oceaan over te zetten om bij het Vrijheidsbeeld een zeilende parade te houden. Hierbij is ook het New Netherland Institute betrokken. Een speciale website is o.a Holland on the Hudson/NY400. De extra belangstelling voor de Nederlandse oorsprong van New York zal ongetwijfeld ook weer tot aandacht voor de Friezen Bastiaen Jansz Krol en Pieter Stuyvesant leiden.
Het verslag van de reis van Hudson in 1609 via Nova Zembla (!) is online te lezen in de transcriptie van het boek van de Linschoten Vereeniging in het Geheugen van Nederland.
vrijdag 30 januari 2009
dinsdag 27 januari 2009
Friese goud- en zilversmeden
In 2002 werd een boek gepubliceerd over Dokkumer, Kollumer en Amelander Zilver van auteur Janjaap Luijt. Met veel foto's van zilveren objecten als lepels, brandewijnkommen, penningen en knottenkistjes en uitgebreide beschrijvingen van de bekende zilver- en goudsmeden vormt dit een prachtige bron voor onze kennis van het Friese zilver in de Noordoosthoek.
Naar aanleiding van de publicatie kreeg ik destijds enige reacties die op de Sneuper website zijn gepubliceerd als Aanvullingen en Verhaal van de Maand, over zilverwerk van de Dokkumer zilversmeden Paulus Sakes en Klaas Djurrema.
Het Dokkumer museum Admiraliteitshuis heeft van de regionale smeden een aardige collectie zilver in expositie, met als topstuk een beker van het Dokkumer bakkersgilde uit 1613.
Inmiddels is er ook een zeer uitgebreide website van Jan Schipper over Fries zilver en de Friese smeden. Hierop vele afbeeldingen van Friese zilvermerken en een uitvoerige lijst met welhaast alle Friese zilversmeden tussen ca. 1700 en 1812. De moeite waard om eens even op uw gemak doorheen te sneupen!
Naar aanleiding van de publicatie kreeg ik destijds enige reacties die op de Sneuper website zijn gepubliceerd als Aanvullingen en Verhaal van de Maand, over zilverwerk van de Dokkumer zilversmeden Paulus Sakes en Klaas Djurrema.
Het Dokkumer museum Admiraliteitshuis heeft van de regionale smeden een aardige collectie zilver in expositie, met als topstuk een beker van het Dokkumer bakkersgilde uit 1613.
Inmiddels is er ook een zeer uitgebreide website van Jan Schipper over Fries zilver en de Friese smeden. Hierop vele afbeeldingen van Friese zilvermerken en een uitvoerige lijst met welhaast alle Friese zilversmeden tussen ca. 1700 en 1812. De moeite waard om eens even op uw gemak doorheen te sneupen!
zaterdag 24 januari 2009
Oude Friese adel en aanverwante families
Door: Simon Wierstra
De heren P.Noomen en G.Verhoeven begonnen aan een enorme klus om genealogieën van de oude Friese adel weer te geven aan de hand van het “Burmaniaboek” met daarbij vooraf een uitgebreid onderzoek in de primaire bronnen.
De publicaties vonden plaats in de genealogische jaarboeken (GJB) 1994/2000 van het Genealogysk Wurkferban van de Fryske Akademy.
Begonnen werd in GJB 1994 met Aebinga en het eindigde abrupt met Burmania in GJB 2000.
Ik vond het toen erg jammer en omdat ik uit andere adellijke families al veel personen in mijn kwartierstaatbestand had heb ik dat toen bewerkt voor het internet. Daarnaast heb ik veel overgenomen uit bovenvermelde publicaties met verwijzing naar de jaarboeken.
Men kan de families vinden op pagina 6 van mijn site http://www.simonwierstra.nl/ of rechtstreeks door hier te klikken op de directe link naar de Friese adelpagina.
Bij elke familie is een personenindex waarin gezocht kan worden.
Gemakkelijker en uitgebreider zoeken, zoals b.v. naast personen ook op toponiemen, kan door in de bestanden te zoeken met Ctrl+F (of de zoekmachine in “bewerken” kiezen).
Op bijgaande afbeeldingen: Frans van Eysinga van Burmania, houtvester en pluimgraaf (degene die het Recht van Zwanenjacht controleerde) (1711) [Fries Museum, Leeuwarden].
De Camminghaburg zoals afgebeeld in de zestiende eeuw op het portret van Rienck van Cammingha. De middelste toren is waarschijnlijk de oude middeleeuwse stins. Links is de boerderij afgebeeld met een oudfries koehuis zonder schuur.
Uit: Leeuwarden 750-2000, (uitgave 1999, van Wijnen ,Franeker)
De heren P.Noomen en G.Verhoeven begonnen aan een enorme klus om genealogieën van de oude Friese adel weer te geven aan de hand van het “Burmaniaboek” met daarbij vooraf een uitgebreid onderzoek in de primaire bronnen.
De publicaties vonden plaats in de genealogische jaarboeken (GJB) 1994/2000 van het Genealogysk Wurkferban van de Fryske Akademy.
Begonnen werd in GJB 1994 met Aebinga en het eindigde abrupt met Burmania in GJB 2000.
Ik vond het toen erg jammer en omdat ik uit andere adellijke families al veel personen in mijn kwartierstaatbestand had heb ik dat toen bewerkt voor het internet. Daarnaast heb ik veel overgenomen uit bovenvermelde publicaties met verwijzing naar de jaarboeken.
Men kan de families vinden op pagina 6 van mijn site http://www.simonwierstra.nl/ of rechtstreeks door hier te klikken op de directe link naar de Friese adelpagina.
Bij elke familie is een personenindex waarin gezocht kan worden.
Gemakkelijker en uitgebreider zoeken, zoals b.v. naast personen ook op toponiemen, kan door in de bestanden te zoeken met Ctrl+F (of de zoekmachine in “bewerken” kiezen).
Op bijgaande afbeeldingen: Frans van Eysinga van Burmania, houtvester en pluimgraaf (degene die het Recht van Zwanenjacht controleerde) (1711) [Fries Museum, Leeuwarden].
De Camminghaburg zoals afgebeeld in de zestiende eeuw op het portret van Rienck van Cammingha. De middelste toren is waarschijnlijk de oude middeleeuwse stins. Links is de boerderij afgebeeld met een oudfries koehuis zonder schuur.
Uit: Leeuwarden 750-2000, (uitgave 1999, van Wijnen ,Franeker)
vrijdag 23 januari 2009
De sprekende kaart
Het Meertens Instituut, bekend van de romanreeks van J.J. Voskuil, Het Bureau, heeft diverse interessante databanken op zijn website. Ik ontdekte dat ze er ook een kaart van Nederland hebben met daarop klikbare punten: de sprekende kaart. Deze punten vertegenwoordigen het dialect wat in die plaats gesproken wordt. De opnamen hiervoor zijn in de jaren '50, '60 en '70 gedaan, dus vaak al 40 jaar of ouder. Ze zijn afspeelbaar als mp3-bestanden.
Zo staat er een geluidsfragment op van Oosternijkerk, de woonplaats van onze Sneuper-redacteur Reinder Tolsma en een van Kommerzijl, de plaats waar mijn vader opgroeide. Ook het dialect op Schiermonnikoog is voor sneupers uit onze regio interessant. Probeer het dus maar eens uit op De Sprekende Kaart.
Update: Reinder Tolsma meldt dat degene op de opname het voormalig hoofd der school is en dat de opname bij hem thuis in de woonkamer is gemaakt. Hij heeft nog een cassettebandje van het hele interview, overgenomen van een langspeelplaat (!). Tijd om te digitaliseren!
De opname van Kommerzijl gaat over een bakker, mogelijk bakker Smit.
Zo staat er een geluidsfragment op van Oosternijkerk, de woonplaats van onze Sneuper-redacteur Reinder Tolsma en een van Kommerzijl, de plaats waar mijn vader opgroeide. Ook het dialect op Schiermonnikoog is voor sneupers uit onze regio interessant. Probeer het dus maar eens uit op De Sprekende Kaart.
Update: Reinder Tolsma meldt dat degene op de opname het voormalig hoofd der school is en dat de opname bij hem thuis in de woonkamer is gemaakt. Hij heeft nog een cassettebandje van het hele interview, overgenomen van een langspeelplaat (!). Tijd om te digitaliseren!
De opname van Kommerzijl gaat over een bakker, mogelijk bakker Smit.
donderdag 22 januari 2009
Groot Placaat en charter-boek van Vriesland
Een mooie bron over de Middeleeuwse geschiedenis van de Noordelijke provincies is de website http://www.cartago.nl/ . Op deze site worden bronnen van voor 1600 toegankelijk gemaakt, met name oorkondeboeken. Daaronder ook het Groot placaat en charter-boek van Vriesland, uitgegeven door Georg Frederik thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg (Leeuwarden 1768-1793; 5 delen). Het is het enige algemene oorkondeboek betreffende de provincie Friesland, met alle officiële stukken uit de Friese rechtsgeschiedenis. De eerste vier delen bevatten stukken uit de periode tot 1600:
1. stukken tot 1499;
2. het landboek van Keimpe van Martena en stukken van 1500 tot 1542;
3. stukken van 1543 tot 1578;
4. stukken van 1579 tot 1604.
De stukken zijn te raadplegen per bladzijde. Een mooi voorbeeld is de pagina met een stuk uit 1347 uit een kloosterarchief waarin een abt uit Dokkum (Dockingen) genoemd wordt.
1. stukken tot 1499;
2. het landboek van Keimpe van Martena en stukken van 1500 tot 1542;
3. stukken van 1543 tot 1578;
4. stukken van 1579 tot 1604.
De stukken zijn te raadplegen per bladzijde. Een mooi voorbeeld is de pagina met een stuk uit 1347 uit een kloosterarchief waarin een abt uit Dokkum (Dockingen) genoemd wordt.
zaterdag 17 januari 2009
Lezingen over genealogie en historie Friesland 2009
Er staan dit jaar weer vele lezingen op de agenda in Friesland. Ik heb even een rondje langs de velden gemaakt en zoveel mogelijk de lezingen van de komende 2 maanden op een rijtje gezet voor u:
Zaterdag 24 januari 2009, 13.30 uur, de heer B. Stenekes, Historisch Centrum Leeuwarden: Sonttolregisters. Zie ook Dokkumer schippers in de Sonttolregisters.
Donderdag 5 februari 2009, 19.00 uur, de heer O.Kuipers, Openbare Bibliotheek Wolvega: De B van Friesland, over de oude kentekens van auto's, motoren en andere motorvoertuigen.
Woensdag 18 februari 2009, 20.00 uur, de heer P. Karstkarel, Doopsgezinde kerk Dokkum: Nieuwe kijk op Delfts Rood in Friesland.
Zaterdag 21 februari 2009, 13.30 uur, mevrouw H. Scholten, Historisch Centrum Leeuwarden: De afscheiding en emigratie naar Amerika.
Woensdag 25 februari 2009, 20.00 uur, Tijs Goldschmidt, Tresoar, centrale studiezaal, Boterhoek 1, Leeuwarden: Darwinlezing “Een onovertroffen idee” .
Zaterdag 7 maart 2009, 13.30 uur, de heer A. Musquetier, Fryske Akademy Leeuwarden: Het Provinciaal Bestuurlijk Archief van Friesland (de Staten). Zie ook http://www.altijdstrijdvaardig.nl/
Zaterdag 24 januari 2009, 13.30 uur, de heer B. Stenekes, Historisch Centrum Leeuwarden: Sonttolregisters. Zie ook Dokkumer schippers in de Sonttolregisters.
Donderdag 5 februari 2009, 19.00 uur, de heer O.Kuipers, Openbare Bibliotheek Wolvega: De B van Friesland, over de oude kentekens van auto's, motoren en andere motorvoertuigen.
Woensdag 18 februari 2009, 20.00 uur, de heer P. Karstkarel, Doopsgezinde kerk Dokkum: Nieuwe kijk op Delfts Rood in Friesland.
Zaterdag 21 februari 2009, 13.30 uur, mevrouw H. Scholten, Historisch Centrum Leeuwarden: De afscheiding en emigratie naar Amerika.
Woensdag 25 februari 2009, 20.00 uur, Tijs Goldschmidt, Tresoar, centrale studiezaal, Boterhoek 1, Leeuwarden: Darwinlezing “Een onovertroffen idee” .
Zaterdag 7 maart 2009, 13.30 uur, de heer A. Musquetier, Fryske Akademy Leeuwarden: Het Provinciaal Bestuurlijk Archief van Friesland (de Staten). Zie ook http://www.altijdstrijdvaardig.nl/
vrijdag 16 januari 2009
De botten van Descartes en Camphuysen
De Amerikaanse schrijver Russell Shorto, auteur van het succesvolle boek Nieuw Amsterdam, Eiland in het hart van de wereld, heeft recent een nieuw boek gepubliceerd. Het boek is getiteld Descartes bones, in het Nederlands vertaald in De botten van Descartes. De Franse filosoof en wiskundige René Descartes (1596-1650) woonde 20 jaar in de Verenigde Nederlanden en schreef er zijn belangrijkste werken. In 1618 sloot de avonturier zich aan bij het leger van Prins Maurits en leerde o.a. over vestingbouw en wiskunde. Na een toer door Europa en een kort verblijf in 1622 in Friesland, vestigde hij zich in 1629 in Franeker, waar hij waarschijnlijk in het Sjaerdema-slot (de plek van het huidige kaatsmekka van de PC) verbleef, bij katholieke vrienden. Aan de Universiteit van Franeker had hij contacten met geleerden als Metius, Winsemius, Amama en Rhala. In 1635 en latere jaren woonde hij in Leeuwarden. Op de website van Martin Engels wordt er uitgebreid over bericht in een transcriptie van Wopke Eekhoff.
Omdat ik het eerdere boek van Shorto, waarin de Nederlandse oorsprong van Manhattan met o.a. de Friezen Bastiaen Jansz Krol en Pieter Stuyvesant werd behandeld, uiterst leesbaar vond bestelde ik via Amazon.com zijn nieuwe boek over Descartes. En ik bezocht een lezing van hem in Amsterdam bij boekhandel Van Rossum over zijn Nieuw Amsterdam-boek. Inmiddels is hij in onze hoofdstad directeur van het John Adams Instituut geworden. Na de dood van Descartes in 1650 in Zweden werden zijn botten opgegraven en als een soort relikwie vereerd. Via diverse omzwervingen kwamen de botten uiteindelijk in Parijs terecht.
Het verhaal deed mij denken aan dat van zijn tijdgenoot Dirk Rafaels Camphuysen (1586-1627). Deze dichter en predikant woonde de laatste vier jaren van zijn leven in Dokkum, waar hij in de vlashandel zat. Ook zijn botten werden opgegraven en door bewonderaars vereerd en op diverse plaatsen bewaard. Uiteindelijk zijn de vermeende botten teruggegaan naar Dokkum waar nu nog altijd zijn graf door de Remonstrantse kerk wordt onderhouden.
Omdat ik het eerdere boek van Shorto, waarin de Nederlandse oorsprong van Manhattan met o.a. de Friezen Bastiaen Jansz Krol en Pieter Stuyvesant werd behandeld, uiterst leesbaar vond bestelde ik via Amazon.com zijn nieuwe boek over Descartes. En ik bezocht een lezing van hem in Amsterdam bij boekhandel Van Rossum over zijn Nieuw Amsterdam-boek. Inmiddels is hij in onze hoofdstad directeur van het John Adams Instituut geworden. Na de dood van Descartes in 1650 in Zweden werden zijn botten opgegraven en als een soort relikwie vereerd. Via diverse omzwervingen kwamen de botten uiteindelijk in Parijs terecht.
Het verhaal deed mij denken aan dat van zijn tijdgenoot Dirk Rafaels Camphuysen (1586-1627). Deze dichter en predikant woonde de laatste vier jaren van zijn leven in Dokkum, waar hij in de vlashandel zat. Ook zijn botten werden opgegraven en door bewonderaars vereerd en op diverse plaatsen bewaard. Uiteindelijk zijn de vermeende botten teruggegaan naar Dokkum waar nu nog altijd zijn graf door de Remonstrantse kerk wordt onderhouden.
maandag 12 januari 2009
Transcripties van oude boeken online
Van een behoorlijk aantal oude boeken wist ik al dat ze met een volledige transcriptie online stonden, maar door een bericht op de NGV-website werd ik er weer eens op geattendeerd. Het betreft een project van de Digitale Bibliotheek van de Nederlandse Letteren (DBNL). Op hun website staat een Basisbibliotheek met duizend titels uit de Nederlandstalige cultuurgeschiedenis van de Middeleeuwen tot heden, van romans tot proefschriften, van pamfletten tot bijbelvertalingen, van bakerrijmen tot memoires. De site is nog in opbouw, zodat nu ongeveer de helft van de transcripties online beschikbaar is en de rest in het komende jaar volgt. Zowel voor de historische achtergronden als voor genealogische doeleinden zitten hier interessante titels tussen. Zo is er een boek over Middeleeuwse chirurgie, Cirurgie, met bijzonderheden over wondbehandeling en dergelijke. Of een anoniem boek over het houden van bijen, een activiteit die onze voorouders vaak uitvoerden om aan de gewilde en gezonde honing te komen. In Friesland werd zo'n imker ook wel een bijker genoemd.
Diverse oude beschrijvingen van ontdekkingsreizen of andere zee-avonturen, zoals de beschrijving van Gerrit de Veer van de drie pogingen rond 1598 om Rond de Noord (dus bovenlangs Rusland) te varen met Willem Barentsz en de beschrijving van Willem IJsbrandts Bontekoe van zijn reis naar Oost-Indië.
Vermeldenswaard voor de sneupers is de volledige transcriptie van het boek Memoryboeck van de Vrouwens, gebaseerd op het dagboek van vroedvrouw Catharina Schrader. Op onze site hebben we al enkele jaren de index op het volledige dagboek en vele voorbeelden van beschreven bevallingen. In het maart-nummer 2009 van De Sneuper zal een artikel verschijnen over het portret van Catharina met het pendant van haar echtgenoot Thomas Higt, haar dochter Geertruid Cramer en schoonzoon Tjeerd Higt.
Naast de online bibliotheek van DBNL worden er bijna dagelijks boeken toegevoegd aan Google Books, zoals het Archief van het Hof van Friesland. Ook een mooie bron voor genealogen. De bijbehorende CD met de Criminele en Civiele Sententies 1700-1811 staat niet online, maar heb ik in mijn bezit. Voor vragen hieromtrent kunt u ons mailen.
Diverse oude beschrijvingen van ontdekkingsreizen of andere zee-avonturen, zoals de beschrijving van Gerrit de Veer van de drie pogingen rond 1598 om Rond de Noord (dus bovenlangs Rusland) te varen met Willem Barentsz en de beschrijving van Willem IJsbrandts Bontekoe van zijn reis naar Oost-Indië.
Vermeldenswaard voor de sneupers is de volledige transcriptie van het boek Memoryboeck van de Vrouwens, gebaseerd op het dagboek van vroedvrouw Catharina Schrader. Op onze site hebben we al enkele jaren de index op het volledige dagboek en vele voorbeelden van beschreven bevallingen. In het maart-nummer 2009 van De Sneuper zal een artikel verschijnen over het portret van Catharina met het pendant van haar echtgenoot Thomas Higt, haar dochter Geertruid Cramer en schoonzoon Tjeerd Higt.
Naast de online bibliotheek van DBNL worden er bijna dagelijks boeken toegevoegd aan Google Books, zoals het Archief van het Hof van Friesland. Ook een mooie bron voor genealogen. De bijbehorende CD met de Criminele en Civiele Sententies 1700-1811 staat niet online, maar heb ik in mijn bezit. Voor vragen hieromtrent kunt u ons mailen.
vrijdag 9 januari 2009
Fryslan in de war
Dat Fryslan van de huidige vorst een beetje in de war raakt kan ik me nog voorstellen. Maar van het Nieuwsblad voor Geschiedenis en Cultuur van het Fries Genootschap zou je toch anders verwachten. Half december kreeg ik netjes op tijd Fryslan nummer 4 van december 2008, maar nu krijg ik plots begin januari het november 2008 nummer 3 in de bus. Met daarin een hele pagina Leeuwarder Historische Activiteiten van december 2008!
Het was me al eerder opgevallen dat de bezorging van Fryslan op de meest vreemde tijden plaatsvond. Op het adres-etiket zag ik een onbekende (regionale?) postbezorger. Ongetwijfeld wat goedkoper dan TNT Post maar ik vermoed dat men het niet zo nauw met de afleverdatum neemt. En dat terwijl het blad het paradepaardje van het Genootschap is en (volgens het jaarverslag over 2007) de helft van het totale Genootschapsbudget beslaat!
Het Genootschap bericht in de Vrije Fries 2008 dat het totaal aantal leden behoorlijk terugloopt en het genoodzaakt lijkt de contributie te verhogen. En dat terwijl onze Historische Vereniging Noordoost Friesland maar blijft groeien (nu meer dan 400 leden). Is de vergrijzing van de zogenaamde babyboomers nu een kans of een bedreiging? Persoonlijk geloof ik in de kansen om een groep mensen met relatief veel geld en vrije tijd te binden aan een interessante historische vereniging met bijbehorende publicatie(s). Zeker in het van oudsher chauvinistische Friesland en bij de Friezen om utens. Ons verenigingsblad De Sneuper is de afgelopen jaren sterk in omvang toegenomen, nu naar standaard minimaal 64 bladzijden per nummer. Daar kwam dit jaar een gratis extra nummer bij van 80 pagina's over de Vlasteelt en katholieke linnenweversfamilies. En dat al jaren voor 15 euro per jaar.
De voorzitter van het achtenswaardige Genootschap heeft al eens geschreven aan de leden dat ze eens in hun vriendenkring moeten proberen te werven. Maar volgens mij werkt dat niet. Mensen zijn van nature vrij passief, dus je moet het voor hen makkelijk en aantrekkelijk maken. Dat begint met een actief communicatiebeleid. Daarnaast is een goed vindbare en bijgewerkte website tegenwoordig van groot belang. Als ik nu (9 januari 2009) op de website van het Koninklijk Fries Genootschap voor Geschiedenis en Cultuur kijk dan zie ik op de homepage: 'Nieuws, Algemene ledenvergadering 9 december 2008. Op 9 december 2008 wordt een algemene ledenvergadering gehouden in Tresoar te Leeuwarden.' De hoofdpagina van de site is dus al minstens een maand niet ge-update. In de rubriek Publicaties zie ik bij Inhoudsopgave Fryslân als meest recente nummer: Jaargang 14 (2008), nummer 1. Jammer! Zoveel werk is het toch niet om de zaak een beetje bij te houden? Het klinkt wellicht allemaal een beetje zeurderig maar van het Genootschap verwacht ik echt beter. Wel moet ik zeggen dat het online zetten van oude jaargangen Vrije Fries via http://www.wumkes.nl/ en het linken vanaf de Genootschapswebsite al een hele vooruitgang is. Nu nog wat vaker bijhouden en beter communiceren en er zullen vast weer veel leden bijkomen. Ze mogen me, als lid, trouwens best eens emailen voor advies en ondersteuning.
Het was me al eerder opgevallen dat de bezorging van Fryslan op de meest vreemde tijden plaatsvond. Op het adres-etiket zag ik een onbekende (regionale?) postbezorger. Ongetwijfeld wat goedkoper dan TNT Post maar ik vermoed dat men het niet zo nauw met de afleverdatum neemt. En dat terwijl het blad het paradepaardje van het Genootschap is en (volgens het jaarverslag over 2007) de helft van het totale Genootschapsbudget beslaat!
Het Genootschap bericht in de Vrije Fries 2008 dat het totaal aantal leden behoorlijk terugloopt en het genoodzaakt lijkt de contributie te verhogen. En dat terwijl onze Historische Vereniging Noordoost Friesland maar blijft groeien (nu meer dan 400 leden). Is de vergrijzing van de zogenaamde babyboomers nu een kans of een bedreiging? Persoonlijk geloof ik in de kansen om een groep mensen met relatief veel geld en vrije tijd te binden aan een interessante historische vereniging met bijbehorende publicatie(s). Zeker in het van oudsher chauvinistische Friesland en bij de Friezen om utens. Ons verenigingsblad De Sneuper is de afgelopen jaren sterk in omvang toegenomen, nu naar standaard minimaal 64 bladzijden per nummer. Daar kwam dit jaar een gratis extra nummer bij van 80 pagina's over de Vlasteelt en katholieke linnenweversfamilies. En dat al jaren voor 15 euro per jaar.
De voorzitter van het achtenswaardige Genootschap heeft al eens geschreven aan de leden dat ze eens in hun vriendenkring moeten proberen te werven. Maar volgens mij werkt dat niet. Mensen zijn van nature vrij passief, dus je moet het voor hen makkelijk en aantrekkelijk maken. Dat begint met een actief communicatiebeleid. Daarnaast is een goed vindbare en bijgewerkte website tegenwoordig van groot belang. Als ik nu (9 januari 2009) op de website van het Koninklijk Fries Genootschap voor Geschiedenis en Cultuur kijk dan zie ik op de homepage: 'Nieuws, Algemene ledenvergadering 9 december 2008. Op 9 december 2008 wordt een algemene ledenvergadering gehouden in Tresoar te Leeuwarden.' De hoofdpagina van de site is dus al minstens een maand niet ge-update. In de rubriek Publicaties zie ik bij Inhoudsopgave Fryslân als meest recente nummer: Jaargang 14 (2008), nummer 1. Jammer! Zoveel werk is het toch niet om de zaak een beetje bij te houden? Het klinkt wellicht allemaal een beetje zeurderig maar van het Genootschap verwacht ik echt beter. Wel moet ik zeggen dat het online zetten van oude jaargangen Vrije Fries via http://www.wumkes.nl/ en het linken vanaf de Genootschapswebsite al een hele vooruitgang is. Nu nog wat vaker bijhouden en beter communiceren en er zullen vast weer veel leden bijkomen. Ze mogen me, als lid, trouwens best eens emailen voor advies en ondersteuning.
maandag 5 januari 2009
Rijtuigenbezitters in Noordoost Friesland
In de loop der jaren zijn er in ons verenigingsblad overzichten gepubliceerd van rijtuigenbezitters in de diverse gemeenten in Noordoost Friesland. We hebben het dan over bezitters van een Friese sjees (chais), verdekte wagen, of een open wagen, de phaëton. Het zijn met name plezierwagens en zelfs enkele plezierjachten!
Het begon 10 jaar geleden met een publicatie van Broer van der Leij, die bij toeval een map tegenkwam in het streekarchivariaat te Dokkum en de namen overtypte voor de Sneuper. Het betrof de voormalige gemeente Westdongeradeel over de jaren 1796-1805. Omdat mijn voorvader Geert Jogchums Zijlstra voerman was in Niawier rond die tijd informeerde ik bij Reinder Tolsma of er ook een dergelijke lijst was van Oostdongeradeel. Die bleek er inderdaad te zijn, maar alleen voor 1797. Te vroeg voor vermelding van mijn voorvader. Toch hebben we die toen ook (online) gepubliceerd. De laatste jaren zijn daar Dokkum, Kollumerland, Dantumadeel, en als laatste in Sneuper 86, Ferwerderadeel bijgekomen. Deze hebben we nu ook aan de Indexen op de Sneuper-website toegevoegd.
Rijtuigenbezitters Dokkum, 1796-1805
Rijtuigenbezitters Westdongeradeel, 1796-1805
Rijtuigenbezitters Oostdongeradeel, 1797
Rijtuigenbezitters Kollumerland, 1797, 1798.
Rijtuigenbezitters Dantumadeel, 1796-1805
Rijtuigenbezitters Ferwerderadeel, 1797
Het begon 10 jaar geleden met een publicatie van Broer van der Leij, die bij toeval een map tegenkwam in het streekarchivariaat te Dokkum en de namen overtypte voor de Sneuper. Het betrof de voormalige gemeente Westdongeradeel over de jaren 1796-1805. Omdat mijn voorvader Geert Jogchums Zijlstra voerman was in Niawier rond die tijd informeerde ik bij Reinder Tolsma of er ook een dergelijke lijst was van Oostdongeradeel. Die bleek er inderdaad te zijn, maar alleen voor 1797. Te vroeg voor vermelding van mijn voorvader. Toch hebben we die toen ook (online) gepubliceerd. De laatste jaren zijn daar Dokkum, Kollumerland, Dantumadeel, en als laatste in Sneuper 86, Ferwerderadeel bijgekomen. Deze hebben we nu ook aan de Indexen op de Sneuper-website toegevoegd.
Ik heb ze nog even voor de liefhebbers op een rijtje gezet. Veel sneupplezier ermee!
Rijtuigenbezitters Dokkum, 1796-1805
Rijtuigenbezitters Westdongeradeel, 1796-1805
Rijtuigenbezitters Oostdongeradeel, 1797
Rijtuigenbezitters Kollumerland, 1797, 1798.
Rijtuigenbezitters Dantumadeel, 1796-1805
Rijtuigenbezitters Ferwerderadeel, 1797
En als u nog meer voorbeelden van rijtuigen wilt zien is een kijkje op de site van het Nationaal Rijtuigmuseum Nienoord te Leek een aanrader.
vrijdag 2 januari 2009
Elfstedentocht 100 jaar officieel
Zodra het een beetje begint te vriezen slaat in Friesland de Elfstedenkoorts toe. Zal er in 2009 eindelijk weer eens een 'It giet oan' of 'It sil heve' klinken?
Vandaag precies 100 jaar geleden werd de eerste officiële Elfstedentocht gereden. Er deden 45 rijders aan de tocht mee die gewonnen werd door Minne Hoekstra uit Warga. Hij deed er 13 uur en 50 minuten over, zo'n 3 minuten sneller dan de als tweede eindigende Gerrit van der Leij uit Marrum. De Leeuwarder Courant berichtte in zijn verslag dat vanwege het dooiweer de Noorse schaatsen veel minder bruikbaar bleken dan de Friese schaatsen...
Naar aanleiding van dit aanvankelijk eenmalige evenement werd op 15 januari 1909 de Vereniging De Friesche Elf Steden opgericht.
De tot nu toe laatste Elfstedentocht, in 1997, was de vijftiende in de geschiedenis, nadat deze ook in 1912, 1917, 1929, 1933, 1940, 1941, 1942, 1947, 1954, 1956, 1963, 1985 en 1986 plaatsvond.
Tijdens de zesde Elfstedentocht, in 1940, werd het beroemde Pact van Dokkum gesmeed. De kopgroep van vijf schaatsers besloot gezamenlijk over de finish te gaan, hoewel Auke Adema daar op het laatste moment zich niets van aantrok. Toch werden alle 5, Adema, Piet Keijzer, Durk van der Duim, Cor Jongert en Sjouke Westra, tot winnaar uitgeroepen.
Er zijn nog vrij veel beelden bewaard gebleven van de Elfstedentocht. Bekijk eens de online dossiers bij de Geschiedenis website van de VPRO, of die van Sportgeschiedenis. Ook Tresoar heeft leuke oude berichten over de tocht bij elkaar gezet op zijn site Friesland zoals het was.
Vandaag precies 100 jaar geleden werd de eerste officiële Elfstedentocht gereden. Er deden 45 rijders aan de tocht mee die gewonnen werd door Minne Hoekstra uit Warga. Hij deed er 13 uur en 50 minuten over, zo'n 3 minuten sneller dan de als tweede eindigende Gerrit van der Leij uit Marrum. De Leeuwarder Courant berichtte in zijn verslag dat vanwege het dooiweer de Noorse schaatsen veel minder bruikbaar bleken dan de Friese schaatsen...
Naar aanleiding van dit aanvankelijk eenmalige evenement werd op 15 januari 1909 de Vereniging De Friesche Elf Steden opgericht.
De tot nu toe laatste Elfstedentocht, in 1997, was de vijftiende in de geschiedenis, nadat deze ook in 1912, 1917, 1929, 1933, 1940, 1941, 1942, 1947, 1954, 1956, 1963, 1985 en 1986 plaatsvond.
Tijdens de zesde Elfstedentocht, in 1940, werd het beroemde Pact van Dokkum gesmeed. De kopgroep van vijf schaatsers besloot gezamenlijk over de finish te gaan, hoewel Auke Adema daar op het laatste moment zich niets van aantrok. Toch werden alle 5, Adema, Piet Keijzer, Durk van der Duim, Cor Jongert en Sjouke Westra, tot winnaar uitgeroepen.
Er zijn nog vrij veel beelden bewaard gebleven van de Elfstedentocht. Bekijk eens de online dossiers bij de Geschiedenis website van de VPRO, of die van Sportgeschiedenis. Ook Tresoar heeft leuke oude berichten over de tocht bij elkaar gezet op zijn site Friesland zoals het was.
donderdag 1 januari 2009
Wat moet Groninger Heerepoort in tuin Rijksmuseum?
Uiteraard wil ik beginnen alle lezers van het Sneuperblog een gezond en nijsgjirrich nieuwjaar te wensen!
Zowel de Sneuper website als dit weblog van de Historische Vereniging Noordoost Friesland is inmiddels zeer goed vindbaar via Google en links vanaf de relevante fora. Een mooi voordeel van deze digitale ontwikkelingen is dat we onafhankelijk van plaats 24/7 onze sneupbehoefte kunnen bevredigen.
Uw verslaggever kan zodoende als geboren Groninger vanuit Amsterdam met grote regelmaat historische 'nieuwtjes' over de regio waar zijn voorouders woonden, (Noordoost) Friesland en omgeving, onder de aandacht brengen.
Zowel de Sneuper website als dit weblog van de Historische Vereniging Noordoost Friesland is inmiddels zeer goed vindbaar via Google en links vanaf de relevante fora. Een mooi voordeel van deze digitale ontwikkelingen is dat we onafhankelijk van plaats 24/7 onze sneupbehoefte kunnen bevredigen.
Uw verslaggever kan zodoende als geboren Groninger vanuit Amsterdam met grote regelmaat historische 'nieuwtjes' over de regio waar zijn voorouders woonden, (Noordoost) Friesland en omgeving, onder de aandacht brengen.
En aangezien ik kortgeleden weer eens in mijn geboortestad Groningen was om o.a. de festiviteiten rond oude schepen tijdens Winter Welvaart te bezoeken en vlak daarna in Amsterdam weer langs het Rijksmuseum fietste wil ik het eens over de Groninger Heerepoort hebben. Toen ik in 1993 in Amsterdam kwam wonen, boven Selina's bar aan het Thorbeckeplein, fietste ik vaak door de Grachtengordel en langs het Museumplein. Het viel me vrij snel op dat er een oude losse poort in de tuin van het Rijksmuseum stond. Tot mijn verbazing bleek het om de hoofdpoort van de vroeger omwalde (vesting-)stad Groningen te gaan. Deze Heerepoort stond op het huidige Heereplein aan het eind van de Hondsrug. Over deze verhoging in het landschap loopt al eeuwen een hoofdweg (Heereweg) die door de legers (leger=heer) gebruikt werd. Een dikke tien jaar geleden filosofeerde ik met een andere Groninger, Wim Hut, over het terughalen van de poort naar de plaats van herkomst. Ik meen dat toen Professor Henk van Os de scepter zwaaide bij het Rijksmuseum en die Groningse connectie leek ons ideaal om met zijn hulp het klusje te klaren. We kwamen een krante-artikel tegen waarin de Groningse Amsterdammer Geurt Brinkgreve, een belangrijke man in de stedelijke monumentenzorg, al aandacht vroeg voor dit weeskind onder de Groningse monumenten. Tot onze verbazing reageerde Van Os negatief op ons verzoek. Er kon geen sprake zijn van een terugkeer van de poort naar de Martinistad, met name vanwege de volgens hem gebrekkige staat. Het blijkt namelijk dat de, op het oog solide, poort in werkelijkheid bestaat uit twee aan elkaar geplakte poorten. De achterkant wordt namelijk gevormd door een oude Deventer stadspoort. Ik vond het eigenlijk een beetje kul-argument van Van Os, want je kunt dat met de huidige technieken toch prima scheiden? En in de tuin van het Rijksmuseum waren de poorten toch maar in een achterafhoekje verstopt. Nu is dat laatste wel veranderd sinds de chaotisch en langzaam verlopende verbouwing van het museum is gestart. Opeens is het hek van de zijtuin verandert in de tijdelijke hoofdingang, notabene met onze Groninger Heerepoort als entree! En aangezien door al het geklungel de laatste voorspellingen van het gereedkomen van de verbouwing rond 2014 (!) liggen zal dat voorlopig nog wel even zo blijven. Maar er is hoop!
Ten eerste is er afgelopen jaar weer een nieuwe directeur van het Rijksmuseum aangetreden. En u raadt het al: het is een Groninger, Wim Pijbes. Weliswaar geen Stadjer, maar toch. Hij is een goede vriend van de cabaretier Bert Visscher, ook iemand die vast wel gek te krijgen is voor een Heerepoort-actie. Verder ontdekte ik dat er al een tijdje een Stichting bestaat die zich beijvert om de Heerepoort terug te halen naar waar die hoort (of bestaat deze niet meer?). Het is de Groningers gelukt om in 1672 de Bisschop van Munster, Bommen Berend, buiten de stadspoort te houden. Elk jaar wordt dit nog op de Groningse bevrijdingsdag, 28 augustus (Gronings Ontzet) herdacht. Dan moet het terughalen van zo'n voor de stad Groningen historisch belangrijke poort toch ook kunnen. De binnenkort te benoemen nieuwe burgemeester van Groningen zou zich met zijn inzet hiervoor erg populair kunnen maken.
Wat zou het mooi zijn op een komende 28 augustus (uiterlijk 2014!) te vieren dat de Heerepoort als cultureel erfgoed terugkomt naar 'Stad'. Een mooi voornemen voor 2009 lijkt me.
Wat zou het mooi zijn op een komende 28 augustus (uiterlijk 2014!) te vieren dat de Heerepoort als cultureel erfgoed terugkomt naar 'Stad'. Een mooi voornemen voor 2009 lijkt me.
Abonneren op:
Posts (Atom)