In de nieuwe editie van Historisch Tijdschrift Fryslan gaat het om wat er zoal ter tafel kwam in Friese huisgezinnen, met nadruk op de enorme veranderingen in het laatste kwart van de 18e eeuw en de eerste helft van de 19e eeuw.
Eind 18e eeuw veranderen de eetgewoonten op het Friese platteland in rap tempo. De gewoonte verdween om 's ochtends vroeg warm te eten, pap en vis werden veelal vervangen door vooral de aardappel, zeker toen de graanprijzen stegen. Vissersplaatsen als Wierum en Moddergat hielden nog vast aan vis: vers, gedroogd, gezouten en gerookt, gekookt, gebakken of gestoofd. Na de Eerste Wereldoorlog nam de invloed van het landbouwhuishoudonderwijs snel toe en onstond het eetpatroon dat we nog steeds kennen: éen warme maaltijd met aardappels, groente en vlees per dag.
In Friesland is redactrice Jeanine Otten op enthousiaste wijze bezig met de geschiedenis van voedsel, eten en eetcultuur. Naast twee artikelen van haar hand (o.a. over Doumastate te Sexbierum) schrijft Ruud Spruit over een dagelijkse zorg van onze voorouders, het conserveren van voedsel.
In de Cold Case beschrijft Nelleke IJssennagger de Anglo-Friese betrekkingen. Dit was het thema van een internationaal en interdisciplinair congres in het Fries Museum: Across the North Sea. De vele betrekkingen tussen het Engelse en Friese gebied in de periode na de Romeinse tijd tot in de Vikingtijd zijn bekend uit de taalkunde, archeologie, letterkunde, rechtsgeschiedenis en runologie.
De Beneficiaalboeken van Friesland van 1543 zijn als bronnenpublicatie opnieuw uitgegeven. Tijdens een studiedag bij de Fryske Akademy werd het kloeke boek gepresenteerd. Er wordt ook een CD-ROM met de volledig doorzoekbare tekst bijgeleverd.
En het bekende standbeeld van de Friese stamboekkoe, Us Mem, aan de Harlingerstraatweg in Leeuwarden, is dit jaar 60 geworden. Reimer Strikwerda doet verslag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten