Schip van Kamma, Jonge Freerk, in Engeland |
Freerk Kamma (1906-1987) stamt uit een Wierumer vissersgeslacht, maar betekende later als zendingswerker en antropoloog veel voor de Papoeabevolking in Nieuw Guinea. Zoveel, dat hij door hen zelfs de witte Papoea wordt genoemd!
Hoewel Kamma met tussenpozen ruim 30 jaar in Nieuw Guinea werkte, is hij Wierum nooit vergeten. Zo leidde hij in 1968 de herdenkingsdienst bij de onthulling van het vissersmonument op de dijk in Wierum. Dit monument herdenkt de Ramp van 1893, waarbij 22 vissers omkwamen. Ook Kamma’s grootvader Freerk Christiaans Kamma was een van de omgekomen vissers.
Bernard Keizer, opgeleid als cultureel antropoloog en later hervormd predikant kwam in 2016 in aanraking met het leven en werk van Kamma. Hij schreef het boek: Freerk Kamma, de witte papoea. In mooie, begrijpelijke taal beschrijft hij het leven van Kamma. Daarin wordt ook op een mooie manier de link gelegd tussen zijn verleden in Wierum en zijn leven in Nieuw Guinea. Zo wordt beschreven, dat Kamma als varende zendingswerker veel profijt had van zijn opleiding aan de zeevaartschool in Wierum. Ook wordt een verband gelegd tussen zijn drang om goed te doen en zijn schuldgevoelens over de verdrinkingsdood van zijn vader. Maar Wierum blijft altijd in zijn hart, getuigen zijn woorden op een dorpsreünie : “Hwêr’t wy yn ‘e wrâld ek hinne stouwe, wy sille altiten Wierumers bliuwe.”
Freerk Kamma |
Meer informatie op: http://www.museumkerk.nl/archieven/413