Onlangs kwam bij uitgeverij Bornmeer het aardige boekje Geen honinck soet sonder bitter gal uit. In deze nieuwe publicatie worden de brieven behandeld van Agatha Tjaerda van Starckenborgh (1620-1670), stammend uit een oud adellijk Fries geslacht.
Zij was getrouwd met Georg Frederik thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg; het echtpaar woont op Groot Terhorne te Beetgum, of ‘Horn’, zoals zij hun huis zelf noemen. Het is een van de centra van de Friese adel.
Als een rode draad door het verhaal loopt de correspondentie met de Duitse zaakwaarnemer Michael Buschius (Von dem Busch), die voor de familie moet uitzoeken en bewijzen dat ze recht hebben op een deel van de erfenissen van de Duitse tak van de Thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg familie. Ook moest hij een oogje in het zeil houden op de studerende zoons Johan Georg en Georg Wolfgang in Heidelberg, waar ook een neefje studeert, voordat ze op een grand tour door Europa gaan. Als ondersteuning werden er hals over kop allerlei familieportretten gemaakt of gereproduceerd.
In feite was Buschius een vroege sneuper die de genealogie van de familie moest publiceren, maar wel voor het behalen van financieel voordeel. Want ondanks de vele bezittingen in landerijen en onroerend goed leidt de familie een wankel bestaan op het gebied van financiën en gezondheid.
De mannen zijn vooral op oorlogspad en uiteindelijk komen de beide zoons dan ook jammerlijk om het leven in de Slag bij Seneffe (boven Charleroi) op 11 juli 1674 tussen de geallieerde Spaanse, Staatse en keizerlijke troepen enerzijds en de Fransen onder de prins van Condé anderzijds.
Dit wordt op een prent van Romeyn de Hooghe pijnlijk verbeeld. Onder nummer 17 liggen de broers geveld vooraan in het strijdgewoel, terwijl iets verderop in de stofwolken in het midden van de afbeelding nog de ontzaglijke generaal Hans Willem baron van Aylva (nummer 6, De Generael Alua) moet bewegen, die bij de slag slechts gewond raakt.
Het regiment Nassau-Friesland werd op een heuvel ingesloten en op meedogenloze wijze in de pan gehakt door de Fransen. De kogel uit het lichaam van zoon Johan is in een doosje opgestuurd naar de familie in Friesland. Het doosje is nog bewaard in het familiearchief bij Tresoar maar de kogel is verdwenen.
"Hij suipt hem nu alle dagen strontvol", zei Agatha Tjaerda v Starckenborgh over de labiele stadhouder Willem Frederik van Nassau-Dietz. Haar zoons verkeerden in zijn nabijheid en dat deed de moeder constant vrezen dat ook zij zich teveel aan de alcohol zouden laven.
In zijn dagboeken (online als Gloria Parendi) is Willem Frederik ook heel openhartig over zijn alcoholgebruik en bezoek aan dames van lichte zeden. Op p. 669 schrijft hij: verloopen in dronckenschap eens oft tweemahl en dahrnae in hoereri seuvenmahl op het lest van de maent; ick weet niet, hoe ick den duyvel, de werelt, mijn vleesch sooveul ruym heb gegeven en mij soo laeten vallen, [...] die mensch iss swack.
Agatha schrijft in 1665 over het ongeluk van graaf Johan Maurits van Nassau-Siegen bij Franeker, (na zijn bezoek aan de begrafenis van Willem Frederik), waar haar beide zoons Thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg bij betrokken waren! Gelukkig overleven ze het hachelijke avontuur.
Verder roddelt Agatha natuurlijk graag en heeft ze het o.a. over Hessel Meckema van Aylva en de ophef die zijn grote grafmonument in Holwerd veroorzaakte.
Ook de familie op Holdinga State in Anjum komt regelmatig ter sprake want er is een slepend conflict met neef Wilco Holdinga Thoe Schwartzenberg over een huwelijksbelofte.
Al met al een heel interessant inkijkje in de wereld van de 17e eeuwse Friese adel!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten