Zo af en toe stuit je op vreemde vondsten in de DTB gegevens van Noordoost Friesland. Zoals deze:
Oostdongeradeel, dopen, doopjaar 1758
Dopeling: Jacob, knecht van Grietman Arnoud. Gedoopt op belijdenis op 22 oktober 1758 in Anjum. Kind van niet genoemde vader en niet genoemde moeder. Opm.: De dopeling is van geboorte een Indiaan, zijn vroegere naam was Caesaren. Ik vermoed dat het hier een knecht/slaaf betreft die vanuit Oost Indië of Bengalen (het huidige Bangladesh) is meegekomen en dus iemand uit Indië of India.
Grietman Arnoud is Antony d'Arnaud, geboren te Franeker op 22 augustus 1712, trouwt freule Anna Dodonea van Burmania op 16 november 1754 te Bakkeveen, Opsterland. Vertrokken naar Oost Indie in 1734 (overigens hetzelfde jaar dat ook de succesvolle Eyso de Wendt en zijn neef Adrianus Bergsma voor de VOC naar de Oost gingen!), onderkoopman van de VOC te Bengalen in 1746, grietman en dijkgraaf Oostdongeradeel van 1757-1762 (in dat jaar overleden te Leeuwarden).Bron: De Heeren van den Raede: biografieën en groepsportret van de raadsheren van het Hof van Friesland, door Oebele Vries.
Uit onderzoek van Femme Gaastra en Wilma Seybel blijkt dat d'Arnaud in 1752 clandestien met een Engels schip uit Bengalen naar Nederland vertrok, een desertie die hem in Friesland niet zo zwaar werd aangerekend. Maar hij werd door de VOC wel onwaardig geacht voor het bewindhebberschap, waarvoor hij in 1755 door de Friese Staten werd voorgedragen.
1 opmerking:
Mooie vondst. Echt iets waar ik heel graag het verhaal achter zou weten.
Zijn oorspronkelijke naam is ook curieus: Caesaren. Zou dat een verbastering zijn van een "Indiaanse" naam (in dat geval is zijn herkomst misschien nog te achterhalen) of had zijn meester hem misschien Caesar genoemd?
Een reactie posten