Rienk Jelgerhuis (13 April 1729 – 17 April 1806) werd geboren in Leeuwarden en was als portretschilder zeer productief. Hij heeft 7.763 portretten op zijn naam staan. Dit zou uit zijn eigen aantekeningen blijken (ik ben wel benieuwd waar die gebleven zijn. Heeft iemand een tip?)
Een van de portretten was die van de Friese schoenmaker, schoolmeester en geschiedschrijver uit Ee, Foeke Sjoerds.
In Sneuper 103, september 2011, schreef Douwe Leij een uitgebreid artikel over zijn voorouder Foeke Sjoerds, waarbij ook zijn door Jelgerhuis gemaakte afbeelding werd besproken. Een van de afstammelingen van Foeke Sjoerds, de op 1 maart 1822 geboren Foeke Annes Foekens werd naast cargadoor in Harlingen, tevens viceconsul van Mecklenburg-Schwerin. Hij was firmant van Repko en Co te Harlingen en trad vaak op als koper en verkoper van schepen. Foeke Annes Foekens overleed in 1902 en liet een voor die tijd groot vermogen na. Deze Foeke gaf in 1847 aan de hem uit vriendenkring bekende schilder Pieter Willem Sebes opdracht een door Rienk Jelgerhuis geschilderde portret van Foeke Sjoerds, dat onherstelbaar was beschadigd, na te schilderen.
In het Biografisch Woordenboek van Van der Aa staat o.a. over Jelgerhuis: In het laatst van zijn leven een bril behoevende, vond hij een dubbelde bril uit, door welks bovenglazen hij het model zag en door de ondersten zijn werk wanneer hij portretteerde. Zijne afbeelding, hem vertoonende met dien bril, schilderde en graveerde hij zelf. De dichter A. Jeltema maakte daarop het volgende bijschrift:
Hier ziet gij 't beeld, maar geenszins 't spits vernuft
Van Jelgerhuis, die onvermoeid, bij trappen,
Beklimt een reeks van nutte wetenschappen,
En nimmer wordt door zwarigheên verbluft;
Die 't ijvervuur zoo vaak in anderen verdooven,
Maar streeft die langs den weg van taai geduld te boven.
In de database van het RKD/Iconografisch Buro komt werk van Jelgerhuis regelmatig voor.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten