Sneuper Reinder Postma heeft een bijzonder boek gepubliceerd over de Tweede Wereldoorlog in Kollumerland. In De oorlog een gezicht gegeven worden vele namen genoemd van mensen die in de oorlog een belangrijke rol hebben gespeeld in de regio. Hierbij de toespraak die Postma hield bij de uitreiking aan burgemeester Bilker:
Op het monument aan de Soensterdyk staan de namen van 4 verzetsmensen die rond de bevrijding gesneuveld zijn. In de afgelopen maanden heb ik een aantal zaken op een rijtje gezet en kom totaal op 30 mensen die in de maanden maart en april 1945 door oorlogsgeweld gestorven zijn in onze gemeente.
Op het monument aan de Soensterdyk staan de namen van 4 verzetsmensen die rond de bevrijding gesneuveld zijn. In de afgelopen maanden heb ik een aantal zaken op een rijtje gezet en kom totaal op 30 mensen die in de maanden maart en april 1945 door oorlogsgeweld gestorven zijn in onze gemeente.
In de dagen rond de bevrijding waren voor velen de verhoudingen duidelijk, je was goed of je was fout; het was zwart of wit! Misschien kent u de film “Schindlers List?” In de slotscène komen de overlevenden uit de fabriek van Oscar Schindler langzaam over de horizon in beeld: ze zijn helemaal grijs. Zoals in dit filmbeeld zijn door de loop der jaren de namen en zichten van mensen uit de bevrijdingsdagen maar ook uit de hele oorlog vervaagd. Het risico van grijs is een grote mist – een wazig beeld. Maar in de film zie je, wanneer de mensen steeds dichter bij komen, dat ze kleur krijgen: het worden mensen van vlees en bloed, mensen met een naam en een gezicht.
In de afgelopen jaren heb ik informatie verzameld over mensen; mensen die worden genoemd in lijsten of rapporten die hier bij de gemeente in het archief liggen, mensen worden genoemd in de boeken die Jack Kooistra uit Leeuwarden, mensen die me in genoemd zijn door wie dan ook.
Al die mensen hebben een gemeenschappelijke factor: ze kwamen uit de gemeente Kollumerland of een stukje van hun leven heeft zich in onze gemeente afgespeeld.
Ik ben op zoek gegaan naar die mensen zelf als ze nog leven, of in het andere geval naar directe betrokkenen. Soms ging dat gemakkelijk, soms ging daar een zoektocht van een jaar over langer over heen. Vrijwel altijd is het me gelukt om contact te leggen. Veel mensen die hier aanwezig zijn, hebben mij stukjes van de puzzel aangereikt, andere stukjes had ik zelf al. Door die in elkaar te schuiven is het gelukt om in 31 hoofdstukken in een boek de betrokkenen hun gezicht terug te geven. Net als in de film die ik zonet noemde, heb ik de mensen uit het grijze schemergebied gehaald en hun leven ingekleurd.
Het zijn er veel meer dan 31 want in de hoofdstukken over de twee vliegtuigcrashes worden alleen al 15 personen beschreven, in de meeste gevallen staan er ook werkelijk portretten bij, zodat we echt kunnen zien wie het waren.
In 1988 is Sip Sangers uit Oudwoude voor het eerst bij mij op school geweest om over de oorlog te vertellen, daarna heeft het onderzoek naar en mij betrokkenheid bij die bewuste 5 jaren zich steeds verder voor mijn voeten uitgerold, het is een stuk van mijn leven geworden, eigenlijk bijna een missie, in alle hoofdstukken kunt u dan ook wel iets van mijzelf terug vinden, denk ik. U mag dan ook eerlijk weten dat mijn persoonlijke betrokkenheid bij de materie steeds groter is geworden, het wordt een deel van je leven. Sommige verhalen hebben mij ook fors aangegrepen. In 1989 kregen we bezoek van Theresia Kahler uit Wenen. Haar echtenoot werkte op de luchtmachtbasis in Leeuwarden en hij raakt betrokken bij de crash van de Wellington. Hij was ingekwartierd bij Wieger Bosma en raakte daarmee in gesprek. Al in de oorlog waren zij niet “slechts tegenstanders” maar ontmoetten zij elkaar als “mensen” die beide de oorlog niet wilden. Toen mevrouw Kahler in Westergeest bij de graven stond, heeft ze vreselijk gehuild en zei: “Deze mensen zijn door de oorlog uit het leven weggerukt, maar zij hebben nog een graf, de oorlog heeft mijn man ook uit mijn leven weg gerukt, maar ik weet niet waar hij begraven ligt.”
Een tijdje terug zei Bilker: als Postma schrijft, schrijft hij altijd over mensen, wie ze waren en wat ze deden, waarom ze dat deden en wat er met hen gebeurde. En dat is waar: in dit boek heb ik een zoektocht beschreven naar evenveel motieven als mensen. Verder heb ik bij het schrijven van dit boek gezocht naar wat verbindt en niet naar wat scheidt. Dat laatste gebeurt al veel te veel en leidt tot niets. Bij het samenstellen van dit boek liep ik nog tegen enkele problemen aan: als eerste moest ik kiezen wat er NIET in zou komen en dat was soms een lastig proces omdat er zoveel gegevens voor handen zijn / waren. Een aantal zaken ligt nu klaar voor een mogelijk deel 2. De volgende kwestie was het vinden van een titel, heel veel mogelijkheden zijn de revue gepasseerd en uiteindelijk is het ook aan uw opmerking, burgemeester Bilker, te danken, dat ik gekozen heb voor de titel: DE OORLOG EEN GEZICHT GEGEVEN, want dat is wat er gebeurt in dit boek.
Wat me verder absoluut getroffen heeft, is het vertrouwen dat mensen mij hebben geschonken, als dat niet was gebeurd, had dit boek niet tot stand kunnen komen. We hebben het vaak over heel persoonlijke gevoelens en emoties gehad terwijl je elkaar eigenlijk niet op pas kent, dat is heel bijzonder en ik wil jullie daarvoor hartelijk bedanken.
Het noemen van namen houdt altijd een risico in dat je iemand vergeet, toch wil ik een aantal personen noemen die in de afgelopen jaren veel hebben bijgedragen en veel voor mij hebben betekend:
Sip Sangers, Jabik de Boer en Jaap Veenstra, Don Hiller, Tom Wingham, Luit Klaver, familie De Wied, familie Sanders-Leefsma; familie Peereboom, familie Van Keulen en Judith Levy; Yde Pranger; Joop van der Glas, Gina Scheper-van Limbergen, Yvonne Riphagen, Henk Ruina, Sjouke Starkenburg, Oebele Vries, Frans Luidinga, voor alle technische support Renze de Wilde.
Een bijzondere plaats neemt Jack Kooistra in die door de publicatie van een aantal lijvige naslagwerken namen heeft aangedragen van vele duizenden personen die in de oorlog in Friesland een rol hebben gespeeld. Zijn boeken gaven mij de namen van een aantal personen die nu in mijn boek uitvoerig voor het voetlicht komen.
En een bijzonder woord van dank is hier op zijn plaats voor mijn vrouw Yvonne te Nijenhuis die in de afgelopen maanden samen met mij kritisch door alle teksten is gegaan, met mij samen vorm en inhoud van het eindresultaat heeft bepaald.
En dan wil ik besluiten met een bijzonder woord van dank aan burgemeester Bilker voor de gastvrije ontvangst hier op het gemeentehuis en hun steun om deze uitgave mede mogelijk te maken.
Omdat dit boek over mensen in en uit onze gemeente gaat, is het voor Kollumerland een nieuw monument waarvan ik dan nu ook graag het eerste exemplaar aan onze burgemeester Bilker wil overhandigen…
1 opmerking:
Het boek vertelt over gewone mensen in een ongewone situatie. Je blijft lezen omdat je wilt weten hoe het afloopt. Zo was het leven dus in de oorlog!
Een reactie posten