
Vandaag is de
lente begonnen. Een heerlijk zonnetje schijnt, net als afgelopen woensdag bij de opening van de
Keukenhof, waarbij ik aanwezig mocht zijn. De Keukenhof is ooit genoemd naar de tuin bij de keuken van
Jacoba van Beieren op
kasteel Teylingen. Het evenement begon met een wat plichtmatige persconferentie, waaruit toch wat (voor mij) leuke nieuwtjes voortkwamen.
Elk jaar is dit bloembollenpark
maar 9 weken open, waarin zo'n 800.000 bezoekers komen. Daarvan komt 70% uit het buitenland. De (gekortwiekte) zwanen in de vijvers worden geleasd en na afloop weer teruggegeven. De bollen worden in 3 lagen geplant zodat de bloeiperiodes elkaar opvolgen.
Koning Beatrix doopte een nieuwe tulp Spring Garden en verliet na een rondleiding de bijeenkomst (
wat ik van dichtbij kon filmen). Ik kon ook nog even een kort praatje maken met
Frederique vd Wal, die daags tevoren
een prijs als Versmarketeer van het jaar had gewonnen met haar bloemenmerk Frederique's Choice. Tot zover het glamournieuws.
Het thema van de tentoonstelling dit jaar is
400 jaar Amsterdam- New York/New Amsterdam, het Hudsonjaar. Het belang van dit jaar werd benadrukt in een toespraak van de Amerikaanse afgezant
Hinchi, die een zeer persoonlijk verhaal vertelde. Wat hij echter over Hudson meldde (die Manhattan gekoloniseerd zou hebben) klopt niet, want Hudson was in zijn zoektocht naar een doorgang naar Azië helemaal niet zo geïnteresseerd in Manhattan. Hij zeilde er twee keer langs (aan boord van de in 1608 gebouwde
Halve Maen met slechts 16 bemanningsleden) en keerde vervolgens spoorslags terug naar Engeland en Holland.
De volgende spreker, burgemeester
Cohen van Amsterdam, las een wat plichtmatig verhaal voor waarin tot mijn verbazing (als voorbeeld van de
pioniersgeest) de Fries
Frederick Philipse werd genoemd. Die naam was ik al wel
eerder tegengekomen toen ik een aantal Friezen die in dezelfde tijd als Hudson en Jelle Douwes Fonda naar Nieuw Amsterdam gingen op een rijtje zette, maar verder kende ik hem niet. Pas kortgeleden kwam ik die naam weer tegen in NRC Handelsblad. Hij blijkt zeer succesvol en rijk te zijn geworden. Bij wat verder speuren op internet kom je een verwijzing naar een
genealogie op Rootsweb tegen, waarin weer ogenschijnlijke genealogische nonsens van de bovenste plank voorkomt. Zijn voorouders zouden uit een adellijke familie in Bohemen afstammen... Zijn afkomst uit Bolsward blijkt uit de annalen van de
Dutch Reformed Church in Nieuw Amsterdam/New York als hij bij zijn huwelijk 'van Bolswaert' wordt genoemd. Daar zou hij rond 1626 geboren moeten zijn. Hij woonde op
Philipsburg Manor.
In de DTB van Bolsward komt rond die tijd maar 1 Philip/ Filippus voor: Bolsward, huwelijken 1621. Vermelding: Bevestiging huwelijk op 4 januari 1621. Man:
Philippus Philippi afkomstig van Bolsward. Vrouw:
Elcksche Douwes afkomstig van Leeuwarden. Zouden dit zijn ouders zijn? Aangezien een zoon van Frederick Philipse Adolf werd genoemd zou je dit als patroniem bij zijn vader of moeder verwachten.
Is er eigenlijk in Friesland ooit gepubliceerd over deze succesvolle Fries en zijn (voor-)familie?
Ik ben benieuwd! Tips en verwijzingen naar artikelen zijn welkom.
Update: Reinder Postma, lid van onze vereniging, meldt dat
Douwe van der Meer over Fredrick heeft gepubliceerd in Genealogysk Jierboek 1992. Hierin wordt als zijn vader Philippus Douwes genoemd. Dan moet dit zijn doop zijn:
Bolsward, dopen, doopjaar 1627. Dopeling:
Fedrick. Gedoopt op 8 maart 1627 in Bolsward. Zoon van
Philippus Douwes,
leidekker en niet genoemde moeder. Gestandaardiseerde namen (voornaam en patroniem):Dopeling : FEDDRIK. Vader: FILIPPUS DOUWES. Bron:Collectie Doop-, Trouw-, Begraaf- en Lidmaatboeken (DTBL) Herv. gem. Bolsward, doop 1621-1707. Inventarisnr. : DTB 138.
Update 2: De vader en grootvader van
Fedrick Philips woonden in
Leeuwarden aan de Nieuwstad, waar het witte kruis uithangt: koper
Philip Douwes. Aktenummer L848-352. Datum akte 1621-01-23. Soort bron Certificaatboeken. Samenvatting:
Brecht, huijsvrouw van de
backer Jan Harmenszn, alhier. Eerder gehuwd met wijlen
Feijck Douwes, zuster van de leijdecker
Philips Douwes te
Bolswart, gehuwd met
Ebel Fedrixdr. Betreft: verkoop van een vierdepart van een huijsinge (alwaer het wit cruijs uithangt) aan de brede zijde van de Nieuwestadt alhier, aan voornoemde Philips en Ebel, voor 500 goudguldens. Geografische aanduidingen: (alwaer het wit cruijs uithangt) aan de brede zijde van de Nieuwestadt.
En de grootvader in
Leeuwarden, Aestimatieboeken, z5:
Nummer:
218 Signatuur: Z5; 103 Datum: 1603/06/28 Inventarisant:
Douwe Philipsz. Beroep inventarisant:
Koopman in baksteen en vlas. Eerste echtgenote: Antke Sijuwerts Adres:
In 't witt cruijs op de nije stadt. Opmerking: Beroep n.a.v. posten in inventaris. Douwe al 2 en een half jaar overleden (dus rond begin 1601).
De succesvolle emigrant naar Nieuw Nederland heette dus in feite
Fedrick, een wat chicere vorm van de Friese naam Fedde, en dus niet Frederik!