De vondst is van belang omdat het archief van de Admiraliteit van Friesland bij twee branden in de achttiende en negentiende eeuw geheel verloren is gegaan.
Van Cornelis Dirks Zijlstra herinner ik mij een schilderij met familiewapen (uiteraard een Zijl, ofwel een sluis) in het oude stadhuis van Harlingen. Een afbeelding hiervan heeft vele Verantwoordingen van de voormalige Stichting Geslachten Zijlstra gesierd (niet de cover maar een binnenpagina). Cornelis Dirks was daarmee ook een van de weinige Zijlstra's die ruim voor 1811 al zowel de achternaam als een familiewapen gebruikte. In de Tweede Verantwoording is ook de genealogie van Cornelis Dirks Zijlstra opgenomen. Zelf staat hij op pagina 48 als Vierde Generatie vermeld, samen met twee zussen en zijn gezin als Vijfde Generatie, o.a. met Dirk Cornelis Zijlstra die burgemeester van Harlingen was van 1819-1832. Stamvader was Anne Jouckesz, lidmaat te Vrouwenparochie (Het Bildt) in 1660. De nakomelingen gingen zich later van de dubbele achternaam Adama Zijlstra bedienen, nadat de notaris Pieter Zijlstra daarvoor eind 1906 bij de Koningin een verzoek indiende. Per 4 maart 1907 werd dat goedgekeurd.
Het fregat De Faam werd tijdens de vierde Engelse oorlog (1780-1783) begin 1781 door de Admiraliteit van Friesland gekocht en verbouwd tot oorlogsschip met 16 kanonnen voor 80 koppen bemanning. Kapitein Jan Vlielander van Den Helder was de gezagvoerder. In een van de brieven klaagt Vlielander over de slechte kwaliteit water die hij en kapitien "Boeriessies" (Willem Livius Bouritius) hebben ontvangen van Luitjen Stoffels. In 1781-1782 was Bouritius gezagvoerder op het schip De Eensgezindheid (zie de Sneuper site voor de betaalrol met Noordoost Friezen). Hij werd geboren op 8 oktober 1746 en overleed op 16 maart 1793, een dag na de brand op zijn schip de hulk De Dwinger.
Voor meer informatie over de vondst zie: http://www.vergetenharlingers.nl/page/18de-eeuw/#oorlogsschipFaam
Piet de Haan en Reinder Tolsma wezen mij niet alleen op een artikel in de Leeuwarder Courant van zaterdag 5 maart 2011 (Mysterieuze tas vol zeldzame scheepsbrieven, door Erwin Boers, vanaf 5 april online) over bovengenoemde vondst, maar ook op een vergelijkbare vondst in Dokkum, begin jaren tachtig. Deze werd gedaan bij de verbouw van de dakconstructie van winkelpand Boterstraat 11 te Dokkum, waar voorheen speelgoedwinkel Feenstra zat, die door Gerrit Bosma werd overgenomen en verbouwd. Het waren bladen uit een soort van kasboek. Piet de Haan heeft er één (zie afbeelding), maar waar de rest gebleven was wist hij niet precies meer. Totaal moeten het een stuk of 15 zijn geweest. Wie weet hier meer van?
Te lezen op het stuk papier zijn de volgende namen en data:
Jan Jansen te Ternaard
Pytter Freerks de Jong te Wierum
1781, 1784, 1786, 1793
Fokke Tijssen te Wierum
Ype Cupery te Dokkum
1782, Jan Kornelis Postmus, Ternaardt (?)
1787, Minnolt Jarigs (dit is waarschijnlijk Minnolt Jarigs Jaarda, geb. Birdaard 31 jan. 1737, boer te Oudkerk en Wanswerd, overl. Wanswerd aan de Streek 27 april 1800.
Op de achterkant van het stuk papier aantekeningen over leveringen van (een aantal ankers) jenever en brandewijn.
Als u dus binnenkort een oud pand gaat verbouwen, kijk dan eens goed in de naden van uw stucwerk. Wie weet vindt u ook nog wel interessante historische papieren!
Update: Pieter Fokkes Visser meldt: Het is Van Bouricius. Een geslacht dat tot het patriciaat kan worden gerekend. Willem Livius trouwde een van Scheltinga , die op haar beurt weer was geparenteerd aan de Van Sytzama's en de Van Heemstra's van resp. Rinsmastate en Fogelsanghstate. Ze worden ook vermeld als bewoners van Crackstate te Heerenveen. Ik denk dat men in Harlingen voor de vertaling Bouritius heeft gekozen om dat deze familienaam in Harlingen, althans in de 19e eeuw, regelmatig voorkomt. In de kerk van Oudwoude hangt een prachtig rouwbord ter nagedachtenis aan Willem Livius, die destijds tussen Oudwoude en Kollum op een inmiddels afgebroken buiten woonde. Hij heeft in de 2e helft van de 18e eeuw huize Nijenburgh laten bouwen op de plaats van de voormalige Jeppemastate. Later woonde daar de Graaf van Limburg Stirum, gehuwd met een nichtje van mevrouw Bouricius en verder B.H. van der Haer en daarna Vissers ambtsvoorganger in twee gemeenten Hopperus Buma.
Update 2: Jeanine Otten heeft inmiddels ook een kleurenfoto van het schilderij met het Zijlstra wapen op haar site gepubliceerd.
Update 3: Over de Vierde Engelse Oorlog (1780-1784) houdt het Scheepvaartmuseum in Amsterdam op 15 juni 2011 een Studium Generale.
1 opmerking:
Beste Hans,
een heel interessante kwestie die proppen papier als historische bron, en dank voor de verwijzing naar het familiewapen van Cornelis Dirks Zijlstra op de wapenborden in Harlingen, zover was ik nog niet gekomen. Ik zal een mooie kleurenfoto van het familiewapen maken en toevoegen in mijn artikel op vergetenharlingers.nl
Complimenten voor je site, ik heb er veel aan gehad bij het vinden van gegevens over kapiteins en schepen van de admiraliteit.
Met vriendelijke groet,
Jeanine Otten
Een reactie posten